Is de Vlaming er wel klaar voor?
iris 27 oktober 2017

Op 20 oktober 2017 is de tentoonstelling AT HOME / Building and Living in Communities succesvol afgesloten, met de teller op meer dan 2.000 bezoekers in 6 weken tijd.

Tijdens 27 rondleidingen heeft Peggy Totté van Architectuurwijzer (AW) circa 600 experten uit gemeentelijke, provinciale en Vlaamse besturen, alsook autonome gemeentebedrijven, vastgoedbedrijven en het middenveld toelichting gegeven over de meerwaarde van het collectief bouwen en wonen voor Vlaanderen. AW gelooft immers sterk dat de ‘verdichtingsgolf’ van appartementen en gestapelde woningen in Vlaanderen gebaat is bij meer collectiviteit. Deze alternatieve bouwvormen hebben aantoonbare voordelen voor de kwaliteit van het dichter wonen (zie ook ‘Match van de toekomst: appartement versus verkaveling’).

In de collectieve woongebouwen wordt vertrokken vanuit een betrokkenheid van de toekomstige bewoners. Zij krijgen medezeggenschap over hun eigen woonomgeving. In de bouwgroepen beslissen zij volledig over de grootte en inrichting van hun appartement, en over het aandeel collectieve ruimtes. In het coöperatieve model krijgen zij eerder keuze uit types van appartementen, en mogen zij mee nadenken over de inrichting, het gebruik en het beheer van de collectieve delen. Deze collectieve ruimtes variëren sterk van project tot project. De Zwitserse coöperaties vertrekken steevast van een ruime gemeenschappelijke fietsenparking en een professionele wasserette op het gelijkvloers. Ook een keuken en ontmoetingsruimte kunnen hier deel van uitmaken. Bij de bouwgroepen in Duitsland en Oostenrijk zien we in de eerste plaats de gemeenschappelijke tuin en het dakterras als basiskwaliteiten van elk collectief woongebouw. Afhankelijk van de bouwgroep, kan vervolgens ook ingezet worden op een gemeenschappelijke gastenkamer, (zomer)keuken, sauna, bibliotheek, … Maar een collectief woonproject kan zich ook beperken tot enkel het aspect van samen bouwen.

Ondanks de grote diversiteit aan collectiviteit, voor ieders wat wils, was er veel scepsis te bespeuren bij bezoekers aan de tentoonstelling. Men zag de voordelen van de collectieve ruimtes, in aanvulling op de kleine appartementen, maar stelde zich vaak de vraag: “Is de Vlaming er wel klaar voor?”. Voorlopig kan AW hier geen affirmatief antwoord op geven. We denken vooral terug aan een recente uitspraak van de Vlaamse bouwmeester in een discussie over de betonstop: “De Vlaming niet klaar voor de betonstop? Het kan me niet schelen waar de Vlaming klaar voor is. De planeet is niet klaar voor de mens als die zo verder doet. Het besef dringt stilaan door dat alles anders moet. De grootste villa’s geraken al niet meer verkocht. Logisch: ze zijn te groot om te onderhouden, je moet een dure tuinman aannemen, zit met hoge stookkosten… en krijgt er anderhalf uur file per dag bij als extraatje. Los daarvan is het wel zo dat de Vlaming hierrond meer communicatie en informatie verdient. Verplichtingen opleggen werkt minder goed dan mensen motiveren om zelf de juiste keuzes te maken.” (Zie artikel Vlaams bouwmeester: “Vrijstaand bouwen is crimineel”)

Specifiek naar collectief bouwen en wonen, gelooft AW sterk in de nood aan meer sensibilisering in Vlaanderen. Het debat moet verruimd worden, van de cohousingprojecten naar meer coöperatieve projecten en meer investeerdersprojecten. Er is nood aan een groter en diverser aanbod, en dan zal de Vlaming zich wel vanzelf klaar maken. In de komende jaren wil AW zich daarom verder inzetten op deze sensibilisering in Vlaanderen.

Met de expo heeft AW een eerste klein deel van het publiek bereikt. Graag willen we aan alle bezoekers de vraag stellen: “Ben jij klaar voor het collectief bouwen en wonen?” Laat het ons weten, en vul deze korte enquête in. Alvast dank voor je interesse!

27/10/2017

Uw reactie

Your email address will not be published. Required fields are marked *