Voor de bouwgroepen is er een opmerkelijke evolutie in Gent ontstaan tijdens de afgelopen jaren. Veelal nemen groepen zelf initiatief, zoeken ze een locatie, en nemen ze een procesbegeleider onder de arm. Zo zijn vandaag minstens 5 projecten, samen met Cohousing Projects, in voorbereiding. Tegelijk is er het initiatief geweest van SOGent om gebouwen of terreinen specifiek te richten aan bouwgroepen.
In hun project ‘Stedelijke woonkavels’ merkte SOGent op dat nieuwe bewoners zelf contact zochten met hun nieuwe buren, en zo samen initiatief namen om de bouw van hun woningen op elkaar af te stemmen, om met dezelfde architect te werken en zo kosten te sparen, om tuinen te delen, enzovoort. Vervolgens wilde SOGent vijf stedelijke bouwkavels in de Tolhuislaan in de markt zetten, maar beseften ze dat deze kavels niet geschikt waren voor vijf individuele woningen. De kavels waren te ondiep, en vroegen om een gezamenlijke aanpak. En zo is het eerste cohousingproject vanuit SOGent ontstaan. Een groep bewoners is gezocht. Samen met SOGent is de architect aangesteld, en de bouwaanvraag voorbereid. Vervolgens heeft de bouwgroep het proces en project overgenomen.
Een tweede project betreft de aankoop van de oude champignonkwekerij in de J.Béthunestraat te Gent. De oude gebouwen zijn klaar voor afbraak, en zijn gesitueerd op een heel diepe kavel in een stedelijk bouwblok. Ook hier beseft SOGent dat een gezamenlijk initiatief nodig zal zijn, en stelt ze de kavel ter beschikking van een bouwgroep. Samen stellen ze ECTV architecten aan, en bereiden ze bouwaanvraag voor.
Gelet op de grote interesse voor het laatste cohousingproject, was SOGent klaar om een derde project ‘Cohousing Bijgaardehof‘ te lanceren. Ditmaal koos ze ervoor om het project grootser op te vatten, en stelde ze Bogdan & Van Broeck aan als architect voor de opmaak van een masterplan, en Tom Lagast en Soetkin Goris als procesbegeleiders. Via een openbare procedure zijn drie cohousinggroepen geselecteerd, en samen hebben zij gedurende één jaar een intensief overlegproces doorlopen. Het resultaat is een gedragen masterplan, maar de inzet en de tijdsbesteding vanuit SOGent en vanuit de bewonersgroepen was zeer groot. Enerzijds is dit project interessant omwille van de schaalvergroting naar een collectief bouwproject met meer dan 50 gezinnen. Anderzijds lijkt hier de klassieke formule van ‘cohousing’ en bewonersparticipatie geen evidentie meer.
Tijdens het debat over coöperatieve woningbouw bij Architectuurwijzer op 20 oktober 2017, wordt een sterk contrast tussen het project Bijgaardehof als klassiek cohousingproject en de coöperatieve projecten in Zurich en Rotterdam zichtbaar. Impliciet stelt de vraag zich of Gent zich moet bezinnen over een nieuwe aanpak voor de collectieve woningbouw. Het siert SOGent dat zij zoveel tijd en middelen ter beschikking van dit project heeft gesteld, maar op deze basis lijkt het moeilijk om ook volgende projecten te blijven ‘faciliteren’.
In functie van kwalitatieve architectuur, speelt de begeleiding vanuit SOGent of een begeleider zoals Cohousing Projects bij het aanstellen van de architect ongetwijfeld een belangrijke rol. Ongeacht de sterke inbreng van de bewoners is het ook belangrijk om de bezorgdheid van architect Miroslav Sik uit Zurich steeds in het achterhoofd te houden. Hij stelde: ‘Een stad ontwerp je als architect / professional. Dit laat je niet over aan de bewoners. We hebben in de jaren ’70 genoeg gezien waar dit tot leidde’.
Op het vlak van collectieve en coöperatieve woningbouw is de stad Gent ongetwijfeld één van de pioniers in Vlaanderen. Lees er hier meer over.
Peggy Totté
Foto’s via SOGent
16/04/2018