La Cité Moderne
Lieve Drooghmans 17 augustus 2021

Door haar modernistische vormgeving en avant-garde uitstraling is de Cité Moderne in Sint-Agatha-Berchem wellicht één van de bekendste tuinwijken in de rand van Brussel. Het was tevens het eerste project van de 25-jarige architect Victor Bourgeois. Met dit project won hij de hoofdprijs op de ‘Exposition des Arts Décoratifs’ in Parijs en kreeg hij ook veel internationale erkenning. 

La Cité Moderne was een letterlijke vertaling van de vernieuwende visie van de huurderscoöperatie op architectuur, stedenbouw en samenleving. Samen met Kapelleveld in Sint-Lambrechts-Woluwe en Klein Rusland in Zelzate is dit één van de zeldzame tuinwijken in België met een modernistische kubistische architectuur. Met deze wijk wilde Bourgeois zijn vooruitstrevende ideeën omzetten in de praktijk, maar hiervoor had hij ook een vooruitstrevende opdrachtgever nodig. In zijn voorgaande job bij de Nationale Maatschappij voor Goedkope Woningen en Woonvertrekken (NGMWW) had Bourgeois veel kennis opgebouwd over sociale huisvesting en de mogelijke leningen aan huurderscoöperaties. Hij geloofde ook sterk dat sociale huisvesting voor vernieuwing in architectuur kon zorgen. Vandaar zijn boutade: ‘Blut zijn is de redding van architectuur’.

 

 

Samen met zijn broer Pierre en vriend George Rens heeft Victor Bourgeois vervolgens zelf een wooncoöperatie opgericht en hiermee zijn eigen opdrachtgever voor sociale huisvesting gecreëerd. Zo was Victor niet alleen de oprichter, bedenker en architect van de coöperatie, maar ook lid van de raad van bestuur. Broer Pierre volgde werf op, wat tot een sterk vermoeden van belangenvermenging leidde. Via de Volksuniversiteit L’Essor Intellectuel – waarvan Victor en Pierre lid waren – vonden ze hun geïnteresseerde coöperanten / bewoners.

Het plan was ambitieus. 500 woningen en diverse publieke voorzieningen, waaronder collectieve centrale verwarming en badhuis, waren gepland. Helaas kon niet het hele programma gerealiseerd worden. Er waren onenigheden binnen de coöperatie, onder andere omdat Bourgeois had beloofd om veel sneller te bouwen dan hij waar kon maken. Dat leidde tot het vertrek van verschillende coöperanten. Politiek was er een toenemende ongerustheid over het oprukkende socialisme, wat leidde tot het afschaffen van subsidies. Bovendien was er een snelle prijsstijging van de schaarse bouwmaterialen.

 

 

Het stedenbouwkundige plan volgt grotendeels de voorschriften van de NMGWW. Zo wordt het bestaande reliëf om economische en esthetische redenen zoveel mogelijk behouden. Ook is er een duidelijke hiërarchie in de wegenstructuur. Op een centrale oost-west as komt een reeks korte wegen en doodlopende straten uit. Pleintjes en openbare tuinen zorgen voor een geanimeerd en levendig straatbeeld en zijn bedoeld om de gezelligheid, solidariteit en veiligheid te bevorderen. 

De gezinssamenstelling van de coöperanten was heel divers: van alleenstaanden, gepensioneerden tot gezinnen met meer dan vier kinderen. Voor hen heeft Bourgeois 22 verschillende woningtypes ontworpen, waarvan er 15 effectief zijn gebouwd. Door deze verschillende woningen vrij te combineren, ontstond bovendien een gevarieerd straatbeeld van geschakelde en gegroepeerde woningen met in- en uitsprongen in de gevel en verschillende tinten pleister.

In het ontwerp van de woningen streefde Bourgeois ook naar een optimale oriëntatie. Op het Samenwerkingsplein heeft hij de woningen 45° graden gedraaid ten opzichte van de straatas, zodat ze een betere oriëntatie kregen. Dit levert tot op vandaag het meest iconische beeld van de modernistische wijk, met twee huizenrijen in een getande gevelwand en een bijzonder winkel-appartementsgebouw op de kop van het plein (zie foto bovenaan). 

 

 

Een tweede bijzondere woningtypologie bestaat uit een grondgebonden woning op twee lagen onderaan en een bovenhuis op de 2de verdieping. Op zijn reizen naar Nederland en in de contacten met architecten van De Stijl was Bourgeois hiertoe geïnspireerd. Hun gedeelde visie op architectuur en kunst heeft ook de globale vormgeving van de wijk sterk bepaald. Bouwkosten werden gedrukt door standaardisatie, uitvoering in mager beton en het weglaten van overbodige details. In een latere fase zijn er ook meer appartementen gebouwd.

In tegenstelling tot andere tuinwijken krijgt het groen in de Cité Moderne een minder dominante rol. De gebouwen staan met hun voorgevel vaak direct op de stoep en de groene voortuin ontbreekt. Op die manier beantwoordde hij aan de regel van 12 meter wegbreedte, zoals voorgeschreven door de gemeente Sint-Agatha-Berchem. Oorspronkelijk werden het voetpad en de rijstroken van elkaar gescheiden door brede groenstroken, maar in de loop van de tijd zijn deze verdwenen ten voordele van bredere rijstroken voor de auto.

 

 

Oorspronkelijk had Bourgeois ook de intentie om de wijk te begrenzen met een brede groenzone. Zo wilde hij het moderne en avantgardistische karakter vrijwaren ten opzichte van de traditionele stedelijke structuur errond. Het gemeentebestuur weigerde echter. In functie van een soepele overgang heeft Bourgeois vervolgens enkele woonblokken met hellende daken voorzien. 

 

 

Vandaag is de Cité Moderne in verval. De huizen hebben dringend onderhoud nodig, maar door de modernistische architectuur is renovatie niet eenvoudig. De huidige wooncoöperatie Comensia – een samenvoeging van Cité Moderne en drie andere huurderscoöperaties – staat hiermee voor een grote uitdaging. Met de recente restauratie van het centrale winkel-appartementsgebouw toont het architectenbureau Origin evenwel dat renovatie niet onmogelijk is. Met behoud van de typerende gevelcompositie op basis van de Gulden Snede en ondanks de kleine woonoppervlakken hebben zij de gevels toch beter weten te isoleren. Voor de overige woningen in de wijk zijn vooral de beperkte afmetingen en het gebrek aan comfort een belangrijk discussiepunt. Misschien kan de geslaagde renovatie van de Rotterdamse Kiefhoekwijk (naar ontwerp van J.J.P. Oud) tot voorbeeld dienen. Tijdens de renovatie van twintig jaar geleden zijn vaak twee woningen samengevoegd tot één woning, maar toch is het karakter en de eigenheid overeind gebleven.

Joep Gosen

15/05/2021

 

Cité Moderne

Programma  Tuinwijk met 274 woningen
Locatie  Sint-Agatha-Berchem, Brussel
Opdrachtgever  Huurderscoöperatie Cité Moderne
Architect  Victor Bourgeois
Stedenbouwkundige  Victor Bourgeois begeleid door Louis Van der Swaelmen
Bouwperiode  1922-1925

Foto’s  Inventaris Bouwkundig Erfgoed, Joep Gosen, Georges De Kinder voor Origin, Tentoonstellingspanelen St. Gorikshallen

Bronnen & links