Van mijncité naar klimaatwijk?
iris 24 mei 2020

Beeld je in: de tuinwijk is de zwarte koffie en de renovatiewerken door de bewoners zijn de melk. Wanneer de melk bij de koffie wordt gevoegd, is het scheiden van de twee bijna onmogelijk. Met deze metafoor wijst Dimitri Minten van RE-ST architecten op de moeilijke situatie van de Limburgse mijncités die nu circa 40-50 jaar in individueel, versnipperd eigendom zijn. Het terugbrengen van de intrinsieke kwaliteiten van de tuinwijken vergt dus grondig onderzoek en participatie met de bewoners.

Op initiatief van de Woonacademie, Architectuurwijzer en het Regionaal Landschap Kempen & Maasland organiseerde provincie Limburg een workshop ‘Van mijncité tot klimaatwijk’. Hier gaven onderzoekers Sven Augusteyns en Dimitri Minten toelichting bij hun onderzoek naar klimaatwijken, uitgevoerd in opdracht van het Departement Omgeving, het Team Vlaamse Bouwmeester en het Vlaams Energie- en Klimaatagentschap.

Het onderzoek richt zich op de tuinwijk Ter Elst in Leuven, die door haar architecturale en stedenbouwkundige samenhang sinds 2021 is vastgesteld als bouwkundig erfgoed. Door de individuele energetische renovaties van de bewoners – die geen rekening houden met de oorspronkelijke architecturale kwaliteiten – is de uniformiteit van de wijk verloren gegaan. In de transitievisie voor de collectieve renovatie van Ter Elst houden de ontwerpers wel rekening met de aanwezige erfgoedwaarde. Zo kan deze visie ook een model zijn voor de herontwikkeling van andere tuinwijken in België, zoals de Limburgse mijncités.

 

 

Mobiliteit en klimaatadaptatie

Mobiliteit vormt een eerste belangrijk aandachtspunt bij de transitie op wijkniveau. In de wijk Ter Elst is er weinig tot geen parkeerdruk op publiek domein, dus lijkt het perfect haalbaar om autodelen en clusterparkings aan de randen van de wijk te introduceren. Bijgevolg kan er door ontharding extra ruimte gecreëerd worden voor zachte mobiliteit, biodiversiteit, water en groen. De tuinwijk in Leuven valt echter moeilijk te vergelijken met tuinwijken in de mijngemeenten. In tegenstelling tot Ter Elst, liggen de Limburgse mijncités verder weg van stadscentra, de fiets is minder ingeburgerd en de auto is alomtegenwoordig. Deze aspecten maken een transitie in de mijncités een stuk moeizamer. Bijgevolg zal er eerst een sterk draagvlak voor het grotere verhaal van de tuinwijken moeten groeien, alvorens bewoners bereid zijn een modal shift te maken.

Renovatie-spelregels

De energetische renovatie van de woningen in Ter Elst vertrekt van externe gevelisolatie, dakisolatie en dubbele beglazing. Om het erfgoedkarakter te waarborgen hebben de ontwerpers een set aan spelregels opgesteld voor de gewenste volumetrie, gevelbekleding en materialisatie van de woningen. Hiermee bieden zij een kader voor de renovatie door de bewoners. 

Voor de ensembles van drie of vier woningen is de initiatiefregel bedacht. Wanneer de eigenaars binnen één ensemble wensen te renoveren, gaat de voorkeur naar een gezamenlijk initiatief met gedeelde keuzes over isolatie en afwerking. Indien de eigenaars niet op hetzelfde moment wensen te renoveren, mag de eerste initiatiefnemer de renovatiekeuzes voor het volledige ensemble bepalen, bij voorkeur in afstemming met de buren. 

 

“Omdat deze spelregels niet juridisch afdwingbaar zijn, wordt de lat in het onderzoek zo hoog mogelijk gelegd. In praktijk kunnen één of twee regels al voldoende zijn om een uniform karakter te creëren binnen de wijk.” – Dimitri Minten

 

Hoe starten? 

Bijna de helft van de bewoners in Leuven kan de energetische renovatie niet betalen. Daarom is gezocht naar financiële ondersteuning. Strategieën zoals groepsaankopen, renovatieleningen met overheidswaarborg, lange termijnleningen en kapitaalsubsidies zijn voorgesteld. 

Naast de energetische renovatie lijkt het ook wenselijk om het gemeenschapsgevoel in de wijken te herstellen. Zowel in Leuven als in de mijncités kunnen de bewoners baat hebben bij een wijkcoöperatie, om gemeenschappelijke behoeftes in te vullen.  De stad kan hierbij de eerste stap zetten door een cockpitcoöperatie op te richten, waarin bewoners zich kunnen aansluiten en later zelfstandig verder gaan. Met een wijkcoöperatie kunnen bewoners hun krachten bundelen en ondersteund worden in elektrisch autodelen, groepsaankopen van regenwatertanks, energieboxen en zonnepanelen, … Door een collectieve inspanning van bewoners, ondersteund door de stad als sterke partner, kan de tuinwijk zich transformeren tot een klimaatwijk.

 

Het volledige rapport van het Onderzoek Klimaatwijk Leuven, kan geraadpleegd worden via deze link.

 

Amélie Lammens

 

Beeld 1 Onderzoek klimaatwijk Ter Elst, Leuven © OMGEVING

Beeld 2 Mijncité Beringen © Amélie Lammens

Beeld 3 Onderzoek klimaatwijk Ter Elst, Leuven © OMGEVING