Le Familistère, ‘Palais Social’
Lieve Drooghmans 12 oktober 2017

De Familistère van Godin is een indrukwekkend historisch ensemble uit de 19de eeuw, en tegelijk een voorbeeld van collectief wonen én coöperatief ondernemen. Jean-Baptiste Godin had een fabriek opgestart voor de productie van stoven en fornuizen, maar wilde ook bijdragen tot een sociale hervorming van de maatschappij. Zo kocht hij een groot terrein bij het dorpje Guise (met 3500 inwoners) in het noorden van Frankrijk, en maakte plannen om hier een nieuwe fabriek annex huisvesting te bouwen. Hij stapte af van het concept van de klassieke arbeidershuizen en tekende zelf de plannen voor zijn ‘palais social’ waar iedereen (van directeur tot arbeider) een appartement kon huren. Tegelijk voorzag hij een kinderdagverblijf (avant-la-lettre) voor kinderen van 2 weken tot 4 jaar, een school voor kinderen tot 14 jaar, een badhuis met wasruimte, droogruimte en een zwembad, een theater en winkels. Elke werknemer van de fabriek Godin maakte deel uit van de coöperatie, en kon hier tegen betaalbare tarieven wonen en gebruik maken van de faciliteiten. Het hele complex was gebouwd met de opbrengsten van de fabriek.

 

 

Voor het ontwerp van de Familistère inspireerde Godin zich zowel op de sjieke hotels in Parijs (met hun ruime overdekte inkomhallen) als op de Phalanstère van Charles Fourier. Dit laatste utopische model was ontworpen als een groot landelijk gelegen kasteel met de allures van Versailles, maar bedoeld voor de gewone man. Godin vertaalde het concept van de Phalanstère naar een concreet project op maat van zijn fabriek en arbeiders. Het Palais Social in Guise bestaat uit drie geschrankte volumes van vier bouwlagen, die op de hoeken – ter hoogte van de traphallen – met elkaar verbonden zijn. Zo was een gefaseerde ontwikkeling in drie fases mogelijk.

 

 

Elke vleugel was georganiseerd rondom een grote – met glas overdekte – collectieve ruimte, waarlangs de appartementen werden ontsloten aan passerelles. De  structuur van het gebouw was eenvoudig, en maakte het mogelijk om zowel tweekamer-, driekamer- als vierkamerappartementen te voorzien. Het sanitair was gemeenschappelijk, maar er was veel daglicht in elk appartement, alsook stromend water en een fornuis en kachel van Godin. De bewoners beseften dat ze hiermee een grote luxe hadden ten opzichte van andere arbeidershuizen. De grote centrale hal werd gebruikt voor occassionele feesten, maar was ook elke ochtend de verzamelplaats voor schoolgaande kinderen.

Vandaag is de fabriek niet meer actief, maar ongeveer de helft van de appartementen wordt wel bewoond en het schooltje is nog in werking. Andere delen van het Palais Social zijn ingericht als museum waar de geschiedenis van deze plek wordt geïllustreerd. Enkele appartementen zijn in hun oorspronkelijke staat ingericht. Bij een bezoek aan de Familistère merk je dat er toch een verschil bestaat tussen het grotere appartement van Godin en de overige sobere appartementen. Tevens is het boeiend om te luisteren naar verhalen van vroegere bewoners in de Familistère. Ze beschrijven hier een zeer fijne, zorgeloze en vooral veilige kindertijd, maar lijken tegelijk erg afgeschermd te zijn geweest van de buitenwereld. Nieuwe bewoners hadden enige tijd nodig voor ze echt werden opgenomen binnen de gemeenschap. De Familistère was zonder twijfel een boeiend sociaal en ruimtelijk experiment, maar de vraag is of dit collectief woonproject niet meer nood had aan verbindingen met de buitenwereld.

 

 

Tot slot was het in de 19de eeuw geen evidentie om een groot kasteelcomplex volledig in baksteen op te bouwen. Voor het centrale deel van het gebouw zijn 3,5 miljoen bakstenen gebruikt. Tegelijk wilde men een onderscheid maken met de rode bakstenen gevels van de fabriek: het ‘kasteel’ mocht eleganter. Hiertoe is men gaan experimenteren met de kleur van de voeg. Door de voegen van kleur te laten afwisselen tussen wit, oranje, grijs, zwart, … is er een gevarieerd gevelpatroon ontstaan.

22/08/2019

 

 

Le Familistère
Adres  Cité Familistère, 02120 Guise, Frankrijk
Typologie  Wooncomplex met appartementen en gemeenschappelijke voorzieningen
Bouwperiode  1859 – 1878  (In 1878 telde de Familistère 1 200 bewoners.)

Foto’s  Peggy Totté – buitenfoto Charlotte Queruel