Na de onafhankelijkheid van India in 1947 ging de staat over tot een nieuw industrialisatiebeleid. Grote bedrijven werden verplicht om hun industrie te vestigen aan de buitenrand van de steden of zelfs op het platteland. Vervolgens besloten de bedrijven om op deze locaties ook woonwijken te bouwen voor hun werknemers, van arbeiders tot bedienden. Ook de Indiase architect Balkrishna Doshi (°1927) ontwierp enkele grotere ‘townships’ in opdracht van bedrijven. In deze woonwijken, vergelijkbaar met de mijncités bij de vroegere Limburgse mijnzetels, paste Doshi telkens dezelfde grote principes toe:
- Ten eerste vond hij het belangrijk om huizen te maken die meer waren dan een onderkomen. Het moesten plekken worden waar de bewoners zich thuis voelen en verbonden mee voelen. Als architect stelde Doshi zich hiertoe bescheiden op. Hij zorgde voor een strak ontwerp van de basisinfrastructuur in elke wijk, maar liet ruimte voor eigen invulling en uitbreiding door de bewoners. Als je vandaag zijn wijken bezoekt, dan kom je hier vaak terecht in een levendige wijk die de bewoners zich volledig eigen hebben gemaakt. Weinigen zijn verhuisd, maar ze hebben hun woning wel in belangrijke mate uitgebreid en aangepast aan hun behoeften.
- Bij de planning van een nieuwe woonwijk vertrok hij telkens van een centrale zone met voorzieningen zoals een school, winkels, hospitaal, theater … Dit centrum kreeg een bepaalde herkenbaarheid waarmee de bewoners zich konden identificeren. In de GSFC-wijk (Gujarat State Fertiliser Corporation) was de watertoren op die manier ontworpen als een herkenningspunt in het landschap. Vervolgens werden de woningen langs kleinere wegen met vertakkingen rond de centrale zone geclusterd. Veiligheid voor de kinderen, geborgenheid en wijkgevoel zijn hier steeds de uitgangspunten.
- In elke wijk vertrok Doshi ook sterk van de lokale context, zowel het landschap als het klimaat. Zo is de ECIL-wijk (Electronics Corporation of India Limited) een mooi voorbeeld van het werken met stenen die lokaal ontgonnen zijn en die volgens de lokale techniek gestapeld zijn tussen de prefab beton kolommen en balken. In dezelfde wijk zijn ook regenwatertanks en irrigatiekanalen voorzien die ervoor zorgen dat er genoeg groen in de omgeving kan groeien, ondanks het harde, droge en warme klimaat. In de meeste wijken hebben de woningen ook heel kleine raamopeningen en luifels zodat er een aangenaam en koeler binnenklimaat kan ontstaan.
- Waar mogelijk heeft Doshi getracht het kastensysteem in India te doorbreken door zijn aanpak in de wijk. Zo koos hij vaak voor een stapeling van diverse woningunits. Bij de woningen voor Life Insurance Corporation (LIC) heeft het appartement op de onderste laag toegang tot een privaat tuintje en zijn de hogergelegen appartementen bereikbaar via een buitentrap. De woningen worden kleiner naar boven toe. Allemaal hebben ze een terras en de trap is het bindend element van de bewoners. Dit is de plek waar buren elkaar kruisen, waar mensen vanop de trap rondkijken naar de straat, waar kinderen spelen …
Na het bouwen van meerdere woonwijken in opdracht van grote industriële bedrijven, heeft Balkrishna Doshi zich eind jaren ’80 toegelegd op het ontwerp van betaalbare woningen voor de armste groepen in de bevolking. In opdracht van de Indiase overheid heeft Doshi in 1989 een zeer bijzondere wijk gerealiseerd: Aranya Low Cost Housing.
In Aranya Low Cost Housing was Doshi was niet de architect van alle woningen, maar bedacht hij een eenvoudig concept. Via een lotingssysteem konden lagere inkomensgroepen een kavel van 30 m2 met betonplint, toilet, stromend water en elektrische aansluiting winnen. De bijhorende kamers, trappen, terras … moesten ze zelf bouwen met eigen middelen. Bij wijze van voorbeeld zijn er 60 voorbeeldhuizen gebouwd om hen te inspireren. De basiselementen voor deze woningen konden de bewoners zelf maken. Om de kosten van de wateraansluiting en de riolering te beperken, had Doshi de sanitaire cellen tegen elkaar aan de achterzijde van de woningen geplaatst. Het concept was een succes. Na 20 jaar hadden de bewoners het maximum van hun ruimte kunnen benutten. Vandaag behoren zij tot de middelinkomensgroepen mede dankzij de economische activiteiten die zij konden ontplooien binnen hun eigen woningen.
Foto’s van architectuurfotograaf Iwan Baan in de expo ‘Balkrishna Doshi: Architecture for the People’ tonen hoe de wijken vandaag nog leven en bruisen.
Expo & boek ‘Balkrishna Doshi: Architecture for the People’ t.e.m. 6 november 2022 in C-mine
13 /10/2022
Foto’s © Iwan Baan
foto’s inzet (straat) & slaapkamer – Aranya Low Cost Housing aan de rand van Mumbai (1989)
foto watertoren – GSFC Housing (Gujarat State Fertiliser Corporation) in Baroda (1968)
foto met trap – LIC (Life Insurance Corporation) in Ahmedabad (1973)